Buiten ligt een kraakhelder wit ongerept tapijt, er heerst een serene stilte op straat, zelfs de kinderen laten dit kerstplaatje nog even ongemoeid. Het enige wat je voelt is die ijzige wind die de sneeuwvlokken langs je oren snijdt. Ik ga Henk ophalen en samen slidderen we door de sneeuw richting Scheuten Glas met de bezem tussen ons in, want er zal straks eerst geveegd moeten worden. Met blote handen beginnen aan ons eerste onderdeel, kogelstoten. We letten specifiek op de oefeningen, die we vorige week van Wim hebben meegekregen.
Linkerschouder hooghouden, eerst de heup inzetten en hoog uitstoten. Onze kogels rollen akelig ver door in de dikke sneeuwlaag, de droge sneeuw plakt gelukkig niet aan het vrieskoude ijzer. “We doen wat fout, we moeten nog hoger uitstoten, die kogels rollen véél te ver door”. Je hoeft vandaag geen prestaties te verwachten, wel worden m’n handen lekker warm, net zoals vroeger met sneeuwballen gooien. Je voelt je weer heel even dat kind, beelden uit m’n jeugd begeleiden daarbij de voorbijflitsende sneeuwvlokjes. We gaan kogelslingeren, heej . . . , een verdwaald personenbusje raakt bijna van de weg, de chauffeur kijkt onze kant op, dat moet je nu niet doen. “Die moet wel denken, wat zijn dat voor twee gekken”. De opdracht voor vandaag is drie draaien maken, laag blijven en opstrekken bij de uitworp, en die verplichte combinatie valt onder zomerse omstandigheden al niet mee.
Maar nu worden we wel door de gladde ondergrond gedwongen om héél rustig te beginnen en druk te houden op die linkervoet, anders lig je zo op je snufferd. Maar het lukt, en dan is het toch weer even kikken! We staan hier niet alleen voor de sneeuwpret, dit moeten we even digitaal vastleggen. Om beurten doen we onze stinkende best voor het nietsontziende oog van de camera, maar het is net als met wedstrijd: “inwerpen gaat altijd goed, maar als het erom gaat dan lukt het niet”.
Henk klopt z’n rooie handdoekje uit en spreidt dat keurig uit op de sneeuw: “Denk je dat dat nu droogvriest of zo . . “. Henk schaatst weg met zijn besneeuwde wenkbrauwen en komt even later terug met . . . een thermosfles en een beker hete koffie! Wat unne goeie vent, dat die daar aan gedacht heeft, en samen staan we minutenlang in die sneeuwstorm om beurten te slurpen uit datzelfde bekertje. “De bacillen vriezen toch kapot”, wat een feest!Zoals gewoonlijk sluiten we de zondagmorgen af met gewichtwerpen! Drie pogingen uit stand, drie met één draai en drie met twee draaien. Henk haakt halverwege af:”te gevaarlijk”. En hij heeft eigenlijk ook wel gelijk, ze hadden immers een weeralarm afgegeven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten