Afgelopen weekend was het NK Masters 2022 in Harderwijk. De 537 deelnemers werden door Atletiekvereniging Athlos warm ontvangen, ondanks dat het weer niet altijd wilde meewerken. Dus voordat Matse c.s. gaan reageren: een welgemeend groot compliment aan alle vrijwilligers en juryleden van Athlos. Ze mogen met trots terugkijken op hun aandeel in dit kampioenschap. Ik heb de jury bij de werponderdelen persoonlijk bedankt, ondanks dat niet alles volgens de regels verliep. Positief vond ik ook dat de prijsuitreiking een perfecte plek naast de kantine had gekregen. En de leden van het Platform Masters reikte de schier eindeloze stapel medailles geduldig en respectvol uit, met een vriendelijk woordje voor iedereen. Chapeau.
Toch merken
jullie al dat cynische ondertoontje. Laat ik meteen met de deur in huis vallen.
Ik vind dat de Atletiekunie steeds meer van die Noord-Koreaanse trekjes krijgt.
Het begon al met inschrijven. Blijkbaar gaven niet alle URL’s toegang tot de
opgegeven prestaties. Sommigen werden welwillend geholpen, anderen werden
keihard afgewezen. En deze willekeur is binnen onze atletiek absoluut
onacceptabel. Op de keper beschouwd is het zelfs in strijd met artikel één van
onze grondwet. Ik ben er zelf niet over begonnen, maar het was wel hét
gespreksonderwerp op de vrijdag. Er werd terecht schande over gesproken! Ik
loop de kantine in en loop een oude bekende tegen het lijf. Hij draagt nu een
atletiekunie-blauw shirt met een groene band. Ik zeg keurig: ‘Hallo’, maar ik krijg geen antwoord en
de goeie bekende metamorfoseert in een arrogante vreemdsoortige bal. Het
kampioenschap kan beginnen.
Ik moet me
melden bij het kogelstoten. Net als op Schiphol had ik vanmorgen al mijn
paspoort moeten laten zien. Nou ja zeg, mijn ledenpas kan nu definitief in de
prullenbak! Even de kogel laten wegen en de man samen met Frans uitgelegd hoe
hij het beste die vervelende rollende kogels kan wegen. Ik moet me op tijd
melden in een grote witte tent (callroom). Startnummer laten zien aan twee
vriendelijke dames achter een tafeltje en in ruil daarvoor krijg ik voor mijn
naam een groen vinkje. De grote witte tent is verdeeld in twee gedeeltes, een
beetje verdwaasd vraag ik me af wat ik in dat eerste voorgeborgte te zoeken
heb. Totdat mijn oog valt op twee streng kijkende mannen achter een tafeltje, ingeklemd
tussen dreigende dranghekken. Ik moest weer mijn startnummer laten zien en
moest hiervoor mijn trainingsjasje nogal onhandig helemaal omhoog werken om
mijn ‘7510’ zichtbaar te maken. Ik
wilde ook nog vragen of ik ook mijn broek moest laten zakken maar ik wilde weg tussen
die beklemmende dranghekken. Maar een resolute hand werd met enige druk op mijn
rugzakje gelegd.
‘Heb je een mobiele telefoon bij je, of
draag je een smartwatch? Want dat mag niet’. Vol ongeloof sta ik perplex
naar die twee mannen te staren.
‘Menen jullie dat nu serieus?’
‘Jazeker, mag ik even in je rugzak kijken?’
‘Dat is niet nodig, want sinds ik getrouwd ben heb ik alles aan mijn vrouw moeten
afgeven!’
Een beetje
in de war ga ik zitten tussen vier mannen M70, drie mannen M75 en een
babbelgrage M80-er. Ja, en oudere mannen moeten wel eens vaker plassen. En bij
eentje is het nu zover:
‘Mag ik nog even gaan plassen?’
‘Nee, heel even wachten, want er moet iemand met je meelopen!’.
Wat een onzin, alsof je onderweg naar dat plashokje kunt frauderen!? Het hele
plezier in het voor me liggende Nederlandse kampioenschap kogelstoten is
compleet weggeëbd. Die hele atletiekunie lijkt wel compleet van de pot gerukt.
Het gaat niet meer om een simpel wedstrijdje mogelijk te maken. Nee, alles moet
strak (over)gereguleerd zijn. Het gaat om de regeltjes, die denkelijk vermeld staan
in die mapjes die ze stijf onder de arm geklemd hebben. Het gaat om hen, wij
zijn tot figuranten gedegradeerd in het grote regelspel. Misschien een nieuw
format voor John de Mol?
Eindelijk
haalt de vijfde controleur in de grote witte tent het rood-witte lint weg en
mogen de negen oudjes als makke schaapjes achter zo’n strakke armklem aanhobbelen.
En daar liggen onze kogels te wachten. Hèhè, daar komen we uiteindelijk voor.
Er liggen welgeteld twaalf kogels, vier van drie kilo en acht van vier kilo.
Verbaasd constateer ik dat de ene M80-er uit vier kogels kan kiezen en de rest
kan ieder één kogeltje uitzoeken. Als ervaren jury bij ontelbare
werpwedstrijdjes bespeur ik onraad. Ik voel het aan m’n water. Allereerst
liggen er twee rode vier-kilo kogels
met een diameter van 120 mm, terwijl de maximale diameter toch echt 110 mm is.
Met een simpele mal waren die zeker niet door de controle gekomen. Alle kogels
zijn gemarkeerd met een ‘nummer’, ik
had ervoor gekozen om minstens het gewicht duidelijk aan te geven. Voor iedere
poging moest je het ‘nummer’ opnoemen
of laten zien, dat liep in de praktijk een beetje door elkaar. De volgende bron
van verwarring!
De wedstrijd begint en 18 doorleefde ruige mannenhanden laten de diverse kogels
liefdevol één-voor-één door hun handen glijden als waren het vrouwenborsten. Ik
werd daar meteen nerveus van, dat moet fout aflopen. Ja, ik zou me nooit vergissen
tussen een drie of een vier kilo-kogel. Dat voelt een kind van drie of vier
jaar zelfs al aan.
Iemand die
net over de tien meter stoot heeft plotseling een uitschieter naar dik 11
meter. Hij springt blij uit de ring als heeft hij een wereldrecord gestoten.
Maar dan komt een oplettende veldjury met zijn kogel:
‘Hij heeft niet gestoten met het juiste
gewicht. Deze kogel is maar drie kilo’. Verschrikt kijkt hij naar het
projectiel dat hem verraden heeft. Maar zonder gêne kraait hij meteen naar de
jury:
‘Maar dan mag ik over stoten!’. En
verdomd, hij krijgt een extra poging. Ik pak mijn hoofd in mijn handen en
schaam me plaatsvervangend kapot voor mijn zo dierbare wedstrijdreglement. Ik
voelde me al beknot en gekneveld door allemaal die zelf verzonnen regeltjes. Nu
weet ik het zeker. Het gaat alleen om het uiterlijke vertoon, om de schone
schijn. Als het gaat om onze pure atletieksport binnen ons wedstrijdreglement dan
blijken de mazen wagenwijd.
Thuis heb ik
de moeite genomen om de uitslagen van het kogelstoten eens te bekijken. Enkele
zeer verdachte uitschieters springen er meteen uit. Heeft er iemand onterecht
een podiumplek afgenomen van een eerlijke atleet? Ik weet het niet en mag het
slechts vermoeden. Ik moet denken aan Hans de Vries en enkele anderen die
onterecht werden buitengesloten vanwege een tikfoutje in een U-R-elletje.
En die
twijfelen aan mijn verhaal? Vraag even na bij de deelnemers M70-M75-M80, zij
waren getuige.