Na afloop van Vaals-Venlo-2009 vonden er ook nog twee korte huldigingen plaats, Jan Gerits en Frits Vaessen. Marijke en ik waren speciaal gekomen als huldebetuiging aan Frits Vaessen, voor zijn 25 jarige inzet voor Vaals-Venlo.
We hebben nog geprobeerd "um ein pilske" met hem te drinken, maar Frits had het zoals altijd weer veel te druk, "volgende kiër Frits". Over het waarom Frits zo speciaal is voor mij als atleet en voor de regionale atletiek zou ik een boek kunnen schrijven, hieronder "nog eine kiër" wat een korte inleiding voor dat boek zou kunnen zijn.
"Frits Vaessen is de meest constante factor in onze regionale atletiek van de afgelopen 65 jaar", die stelling durf ik overal te verdedigen. Frits is altijd te vroeg op de baan, gaat altijd te laat naar huis en heeft in de tussenliggende uren altijd de meeste arbeid verricht. Tussen de activiteiten door maakt Frits altijd plaats om probleempjes aan te horen, is hij altijd in staat een lach te ontlokken en "noeijts te good" om mee aan te pakken. Frits heeft vele generaties atleten met open armen in zijn hart gesloten en evenzo vele generaties met een verholen traan zien vertrekken. Frits bleef die constante factor en deed de dingen die gedaan moesten worden.
Het is 1957 als mijn vriendje Cor Houben me meeneemt naar Festina. Frits Vaessen en Frans Weyers zijn dan de jeugdtrainers. Als we met de fiets naar 't Saorbrook gingen stond Frits ons al op te wachten. Dat gaf meteen dat goede thuisgevoel, Frits had al een rondbaan uitgelegd in het hobbelige gras met tomatentouw en tentharingen, de training kon beginnen. Want er moest wel gepresteerd worden.
Er wordt bij ons thuis gebeld, ik ren naar de voordeur. Frits staat met z'n fiets voor de deur, zijn zoon voorop in het kinderstoeltje. "Aahh Frits . . . maaaamm, Frits is ter", mijn moeder pakt snel de portemonnee uit de keukenla en loopt naar de deur. Frits heeft al het juiste oranje lidmaatschapskaartje bovenop liggen, mijn moeder betaalt de contributie en krijgt een klein oranje strookje als overtuigend bewijs voor mij. De komende maand kan er weer getraind worden, "Hojje Frits, tot zôndaag".
Het is 1960, ons sportveld was inmiddels uitgebreid met een heus clublokaal annex kleedruimte. Een laag-bij-de-gronds oud kippenhok met pannendak was wat hoger geplaatst op een muurtje van grijze (gas-beton) stenen, je kon nog zien waar de kippen destijds in- en uitliepen. We hadden geen stromend water, wel een handpomp waarmee je het moeraswater kon promoveren tot wasgelegenheid. Er was geen elektriciteit, maar een paar heuse olielampen zorgden voor enige verlichting waar en wanneer dat gewenst was. Middenin het enige vertrek stond een oude potkachel tegen een gemetselde schoorsteen, hij zal niet vaak gebrand hebben, maar Frits Vaessen zorgde er toch wel voor dat "zien jônges" zich konden warmen als het buiten guur en koud was. Op de vloer lagen trottoirtegels en langs de wanden stonden banken en stoelen. Romantiek? Ik kan me nog herinneren als we s'winters na een bostraining in de Wielder terugrenden naar ons clublokaal. In het stikkedonker wees het fletse licht van de olielamp de juiste looprichting over de ongelijke en zijknatte grasmat, binnen was het warm en rook het naar dennenappels en houtvuur. Na afloop dicht in buurt van Frits blijven fietsen tot op de Nieuwborgstraat, daarna mocht ieder z'n eigen weg gaan.
Het is 1970, Festina beschikt over een heuse gravel atletiekbaan, prachtig verscholen op de Venlose hei. Voor veel Blerickse jeugdleden werd de afstand een brug te ver, via de scholen-atletiek groeit echter het aantal Venlose leden. Frits is gebleven en zijn werkterrein wordt verlegd, Peter Engels en ik helpen hem inmiddels met de jeugdtraining. De baan ligt er altijd keurig bij en dat is heus niet de verdienste van de Gemeente Venlo, alhoewel Frits heel goed Bierstekers wist te paaien. Er worden grotere wedstrijden georganiseerd en wat ik nu ga vertellen is echt 100% waar. Ik kwam altijd als deelnemer 1½ uur vóór de wedstrijd naar de baan, maar wie liep daar al kris-kras met kruiwagen over het veld, bakken aan te harken, hoogspringmatten klaar te leggen, springstandaards op te zetten, startblokken klaar te zetten, hordes op te zetten en de "laatste-ronde-bel" op te hangen: Frits! De jury-vergadering vond zonder en was gelijk met Frits klaar, Frits werd het tijdschema en de startlijsten in de handen gedrukt, hij trok z'n jasje aan, startpistool werd geladen en de wedstrijd kon beginnen. Met duidelijke taal wordt de baanindeling bekend gemaakt, de jury tijd staat nog wat te kletsen, Frits geeft een scherp fluitsignaal en iedereen reageert alert. Het "op uw plaatsen" klinkt, jury en atleten gehoorzamen blindelings, "klaar . . . pang". Frits zorgt in z'n eentje dat de wedstrijd op tijd "loopt", alle atleten vinden Frits een goeie starter, eigenlijk de beste. Maar ja, de beste starter wordt nooit gevraagd voor (inter)nationale wedstrijden, daar moet je voor lobby-en. En dat zal Frits nooit doen, maar als het aan de atleten had gelegen! Ik hoef niet verder meer uit wijden wie er na de wedstrijd kris-kras over het veld loopt op te ruimen, als iedereen aan de koffie of het bier zit! Frits, de constante onschatbare waarde.
Het is 1983, Festina bestaat 40 jaar en is op dat moment een all-round atletiekvereniging. Het bestuur zet stippeltje voor stippeltje een beleid uit dat ons mogelijk nog verder zou kunnen brengen. Frits blijft er gewoon voor zorgen dat de atleten daar niets van merken en blijft die constante bindende factor op het trainingsveld en tijdens de baanactiviteiten. Het bestuur vindt dat Frits eigenlijk te weinig inbreng heeft in de discussie? Nou ja zeg, bestuursleden worden gekozen door de leden en wie krijgt er alle stemmen: Frits toch! Festina viert in de Staay groots haar 40-jarig jubileum, Peter Engels en ik informeren bij atletiek-bobo Hub Diederen "of er voor iemand iets aangevraagd is bij de KNAU". Tijdens de receptie nemen de geachte afgevaardigden van de KNAU (nu Atletiekunie) het woord, het bestuur staat breed te stralen maar Frits straalt het langst. Onderscheid moet er zijn, hij wordt zeer terecht als enige onderscheiden!
Weer zo'n 15 jaar later, ook onze wegen hebben zich inmiddels gescheiden. Maar op wedstrijden en recepties zoeken we elkaar altijd even op. Frits vergeet "zien jônges" nooit, we praten over vroeger en drinken samen een biertje. Nooit geen verwijt dat we hem hadden verlaten bij Festina, Frits blijft de constante waarde in de regionale atletiek. Of dat nou Festina, AVT, Orion of Scopias heet . . . het gaat om de atletieksport, grenzen verleggen, presteren, prestaties mogelijk maken . . . maar bovenal om die atleten . . . met Frits als de constante waarde op de achtergrond.
Begin van dit jaar, Nieuwjaarsreceptie bij Scopias. Ik ben na bijna 25 jaar weer enkele maanden terug op het oude nest. Natuurlijk staan we in no-time aan de staantafel samen met Frits, geen woord over "fijn dat je weer terug bent", nee, bij Frits gaat dat gewoon allemaal door. Ik voel me echt gegêneerd als ik naar voren wordt geroepen om voor een nederlands record bij de M60 een gigantische wisselbeker overhandigd te krijgen van de voorzitter. Nog met het schaamrood op de kaken loop ik terug naar de staantafel, krijg een dikke zoen van Marijke, zet de beker op tafel en Frits fluistert in m'n oor: "Dae is ouk ein bietje van mich". Ik sla een arm om hem heen en knik "Jao". En even staan we zo samen te genieten, niet van die overmaatse beker maar van wat atleten samen kan verbinden.
Zo ken ik Frits, méér dan de constante waarde of een verbindende factor in onze regionale atletiek. Een echte atleet, vaderlijke jeugdtrainer, keihard werkend bestuurslid, starter, materialenman, sjouwer, bouwer, poetser maar altijd trouw aan "zien jônges en maedjes". Waardering is dan te bescheiden van wat je wil uitdrukken.
"Bedank Frits en gank door met was dich dinks des se môs doon".
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten