vrijdag 24 februari 2017

Ik kan weer rustig plassen

Gisteravond controleerde Marijke nog even de medicijnen, die we meegenomen hadden naar Spanje. Meteen werd ook een nieuw stripje Tamsulosine voor mij uit de voorraad gehaald. Dat zijn mijn broodnodige capsules voor de prostaat. Het wordt even stil en even later hoor ik Marijke zeggen:
‘Potverdorie, zie je nu wel, ik moet niet meer naar jou luisteren. Ik had toch die nieuwe capsules voor jou gewoon moeten bestellen’.
‘Hoezo, er waren toch nog genoeg van die dingen tot 11 april hadden we uitgeteld, en dan zijn we al lang thuis’, antwoord ik. Het is weer even stil, er wordt nog eens geteld. Ik hoor een teleurgestelde zucht en een ontladende vloek:
‘Potverdorie, ik wist het wel, we hadden gewoon nieuwe capsules voor jou moeten bestellen bij de huisarts. Ik luister niet meer naar jou.’
Het kan wel zijn, maar toen we ze thuis geteld hadden, kwamen we toch echt uit op 11 april’.
‘Dat is niet waar, en nu hebben we een probleem, want hierna heb je er nog maar 20. En dus komen we tekort’.
Ik dacht, laat ik deze discussie niet verder voeren, dat lost toch niets op. En ik zal die rotcapsules sowieso toch moeten hebben, want mijn lotgenoten-op-leeftijd weten wat het betekent om zonder-te-zitten. Die kleine Tamsulosine-capsules zorgen er voortreffelijk voor dat onze prostaat ontspannen blijft, zodat we tot in lengte der dagen redelijk kunnen blijven piesen. Het is natuurlijk niet meer zoals het vroeger was, maar we redden ons ermee. En ik weet het zeker, als ik die dingen een paar dagen niet inneem ontstaan er onvermijdelijke problemen. Die protesterende prostaat knijpt dicht, en kruipt in zijn schulp met alle ellende van dien. Heel vaak moeten plassen, niet je blaas leeg kunnen plassen, altijd het gevoel hebben dat je moet en dan dat vervelende extra urineverlies. Wat een gedoe, dat moeten we echt niet hebben.
‘En nu’, zegt Marijke met volle overtuiging, ’nu heb je echt een probleem!’. Maar ik dacht hier ga ik niet verder op in. Ik zal toch op een of andere manier aan die dingen moeten komen. Het makkelijkste alternatief is simpelweg met een leeg doosje en mijn Europese zorgpasje naar de eerste de beste apotheek. En dan maar op hoop van zegen kijken of ik een vol doosje kan scoren.
Dat gaat niet werken, dat lukt je nooit, die krijg je niet zomaar zonder recept’, hoor ik Marijke denken. Dus overdenk ik alvast de volgende stap, als ik ze niet krijg bij de Farmácia (apotheek). Dan vraag ik wel of ze me naar een huisarts in Cambrils kunnen verwijzen. En nou ja, als zelfs dat niet werkt, dan bel ik in-het-uiterste-geval op naar onze eigen huisarts in Baarlo. Moet die me maar een recept doorsturen met de mail, doet ze vast wel.
Die avond besluit ik maar geen extra biertje of wijntje te pakken. ‘Wat is dat dan?’, vraagt Marijke, ‘krijgen we niets meer te drinken vanavond?’. Maar ik denk bij mezelf, laten we maar alvast beginnen met minder te drinken, voor het geval ik geen Tamsulosine kan krijgen. Laat ik maar meteen beginnen met de urineproductie te temperen. Alhoewel, ik ben ervan overtuigd en weet eigenlijk wel zeker dat het lukt. Alleen, hoeveel moeite zal me dat uiteindelijk gaan kosten binnen al die strenge Europese regels.
De volgende morgen zoek ik mijn Europese zorgpas en maak het doosje leeg, met die laatste 20 capsules erin. En dan met de fiets naar Cambrils, een werkelijk schitterend slingerend fietspad langs het strand tussen de wuivende palmbomen door. Een ouder echtpaar laat hun minuscule hondje uit en een Spaanse jongeman met van die dopjes in de oren maakt een duurloopje. En de blauwe Middellandse zee kabbelt rustig plas-opwekkend. We stoppen bij het knipperende groene kruis van de Farmácia aan de mondaine boulevard, we zetten onze fietsen voor de deur en ik haal mijn zorgpas en lege doosje een beetje nerveus tevoorschijn.
‘Olá, buenas dias’, zeg ik tegen de dame met witte stofjas achter de balie.
‘Buenas señores’, antwoordt de vriendelijke dame naar ons.
‘Tiène usted una paqueta de Tamsulosine’, vraag ik in mijn beste Spaans en onderstreep dat wat overdreven door mijn zorgpasje en het lege doosje naar voren te schuiven. Ze glimlacht innemend naar me, en ik lees haar gedachte: ‘Alweer zo’n ouwe zak die moeite heeft met plassen’. Ze schuift me het zorgpasje weer toe en heupwiegt als een Spaanse señorita weg met mijn lege doosje. En verdomd, even later legt ze een nieuw Spaans doosje met 30 capsules Tamsulosine voor me op de toonbank. Achter me ontwaar ik een diepe zucht van verlichting en ik zeg heel blij: ‘Gracias señora’. ‘De nada’, zegt de vriendelijke dame en loopt naar de kassa. Mijn Spaans blijkt in één klap uitgeput en een beetje vragend steek ik mijn betaalpasje omhoog en ze zegt weer ‘si si señor. . . ‘.
‘Oh’, zegt Marijke, ‘dan kunnen we gelijk een paar doosjes 1 grams-Paracetamol vragen, want die krijg je bij ons ook niet zomaar’.
En even later lopen we allebei apetrots naar buiten met een blanco wit papieren zakje. Met daarin twee doosjes 1-grams Paracetamol en één doosje 0,4-grams Tamsulosine. ‘Dat probleem is ook weer opgelost’, hoor ik Marijke opgelucht zeggen. En zo blijkt dat we in Spanje, in onze gezamenlijke maar oh-zo-verdeelde Europese Unie, compleet anders dan in Nederland, héél eenvoudig en vrijelijk aan onze medicijnen kunnen komen.Daar bovenop hadden we bij ons in Baarlo ook-nog-eens een half consult, die belachelijke administratiekosten voor de apotheek én de capsules zelf uit ons alsmaar oplopend eigen risico moeten betalen. Hier in Spanje krijg ik ohne-weiteres dat doosje met 30 capsules Tamsulosine rechtstreeks bij de Farmácia.
‘Enne’, vroeg Marijke nieuwsgierig onderweg, ‘wat moest je betalen. Viel het een beetje mee?’. Ik had natuurlijk van tevoren op internet opgezocht wat die capsules bij ons hadden gekost.
Nou, je gelooft het echt niet. Ze zijn zelfs nog goedkoper dan alleen al die administratiekosten van de Kringapotheek in Baarlo’.
Zo word je weer eens 1500km van huis keihard met de neus op de feiten gedrukt. Hoe wij in Nederland de zorgkosten alsmaar onnodig opdrijven. Het kan blijkbaar ook anders, en maar de schuld geven aan Brussel. Nee nee! 
Viva España . . . , het kan dus blijkbaar anders Markje.
Daarom wilde ik deze blog even met jullie delen!

Geen opmerkingen: