donderdag 31 mei 2012

In de voetsporen van Jacques Tutelaer

Zit ik op een camping in het Belgische Stekene een informatieblaadje over Waasland door te bladeren op zoek naar een leuke wandeling, valt mijn oog op . . . . Fort Liefkenshoek. Verroest, ik dacht dat dat niet meer bestond! In de 80-jarige oorlog waren Fort Liefkenshoek en Fort Lillo de meest zuidelijke militaire vestingen, links en rechts van de Schelde, een paar kilometer vóór Antwerpen. En of je het gelooft of niet, van deze forten was van 1598-1602 ene kapitein Tutelaer de commandant! En ja hoor, het infoblaadje geeft aan dat het fort ook nog te bezichtigen was!

Natuurlijk besloten we op weg naar huis een klein ommetje te maken naar Kallo, waar het fort moet liggen. Vlak vóór Antwerpen van de autobaan, het immense grauwe havengebied in. Tussen al die gigantisch hoge hijskranen en raffinaderijen begin ik te twijfelen, moet hier een fort liggen? Maar het straatnaambordje verraadt ‘Ketenislaan’ en dat moesten we hebben. Er komt geen einde aan die gore havententakels en de daarbij behorende gesloten hoge hekwerken. Na twee keer tegen Marijke verzuchten: ‘volgens mij moeten we terug . . ‘, zien we een bruin bordje naar rechts wijzen ‘Fort Liefkenshoek’. Via een klein slingerweggetje komen we in een groene oase terecht en daar ligt het: ‘een groene hoge wal in de bekende stervorm die bij een eeuwenoude vesting hoort, omringd door water’. Nou, veel toeristen komen hier niet want onze camper neemt de helft van de parkeerplaats in beslag. Het hart klopt in m’n keel, vandaag treed ik na 425 jaar in de voetsporen van kapitein Jacques Tutelaer.
Fotocamera startklaar, broek optrekken, camper op slot en als een aanstonds bruidspaar liepen we plechtstatig over de brug richting ingang. Ik sluit de ogen en probeer mijn geest 425 jaar terug in de tijd te brengen. ‘Shit’ zegt Marijke en verpest met één woord mijn opkomende trance. ‘Het fort is op woensdag gesloten . . . .’ vervolgt ze. ‘Potverdomme, nondedju, dat hebben wij weer’. Nou ja, dan drinken we maar koffie en proberen we nog maar wat sfeer op te snuiven. Bij het tweede kopje koffie probeert Marijke mijn teleurstelling enigszins weg te nemen: ’We zouden misschien gewoon eens kunnen aanbellen!’. Okay, denk ik, en loop nu wat nonchalanter over de brug naar de poort. Marijke blijft achter en doet daarmee het vertrouwen op enig succes bij mij nog verder in de schoenen zinken. Een schelle bel houdt akelig en té lang aan, waarna de stilte in deze oase nog intenser wordt. Ik loop terug naar de camper . . . . en achter mij gaat de grote deur krakend en langzaam open! Een vriendelijke man verschijnt en ik haast me snel terug: ‘met excuses meneer, ik weet dat het fort vandaag gesloten is, maar misschien mag ik binnen even een foto maken, alstublieft . . . .’. Hij neemt me rustig van boven naar beneden op en knikt! ‘Ik ga even mijn vrouw en mijn camera halen. Marijkeee, we mogen erin . . . . !’.

Zo blij als een klein kind treden we de buik van het fort binnen, Marijke neemt foto’s van mij op plaatsen waar ik de geest van Jacques Tutelaer denk te bespeuren. Heel trots zeg ik tegen de vriendelijke man die ons binnenliet: ’een van mijn voorvaderen, Jacques Tutelaer, was hier 425 jaar terug commandant van dit fort’. De man was bezig petunia’s te planten, richt zich op, zijn mond valt half open en hij laat daarbij wat knullig een petuniaatje op de grond vallen: ‘amay, das wel héél lang geleje . . ‘, kwam er nog net uit. ‘Eerlijk waar’, vult Marijke aan, ‘hij heeft er een boek over geschreven’. Dat was een blijkbaar indrukwekkende vrijbrief, want met een royaal gebaar mochten we nu overal rondkijken. Hijzelf woonde helemaal alleen al 16 jaar op het fort, in deze oase van rust midden in het gore havengebied onder de stinkende rook van Antwerpen.

We keken rustig rond, maar er was geen enkel tastbare herinnering uit die 80-jarige oorlog. Alles wat er nu staat is blijkbaar opgebouwd vanaf 1797, op de grondig en zorgvuldig afgebroken herinneringen aan mijn Jacques Tutelaer. Slechts de grond heeft nog zijn historische waarde voor mij behouden. Van hieruit informeerde kapitein Tutelaer gouverneur Willoughby in Bergen op Zoom over de ontwikkelingen aan de grens met de Spanjaarden. Zo ook op die 28ste augustus 1587, de admiraal van het Staatse leger bevond zich hier op de Schelde met de vloot. Samen met de kapiteins van zijn schepen had hij gisteravond geprobeerd enkele vijandige oorlogsschepen voor Antwerpen weg te slepen. Maar vanwege het heldere weer en het feit dat er enkele vissersboten op de rivier waren, werden ze een beetje te vroeg ontdekt, en werden de vijandelijke oorlogsschepen gewaarschuwd. De Staatsen werden teruggedreven door het geweld van het Antwerpse kanon, ‘welk geluid Uwe Hoogheid misschien wel heeft gehoord gisteravond’. Jaja, binnenkort dus 425 jaar geleden.

We verlaten het fort niet alvorens de vriendelijke man uitgebreid te bedanken. Hij was nog steeds onder de indruk en keek me aan ‘alsof ik de kapitein zelf was’. Zeker en vast wilde hij mijn emailadres, want de stadsarchivaris van Beveren zou beslist contact met me opnemen. Met m’n beste handschrift voldeed ik aan zijn verzoek. ‘Hoe voel je je nu’, vroeg Marijke bij ons derde kopje koffie buiten de poort. ‘Uhh wat zeg je . . . nou wat dacht je, geweldig’.

woensdag 23 mei 2012

Eerste stap naar één Europa

Het kan vlug gaan in een mensenleven. Mocht ik het eerste weekend van mei nog deelnemen aan het Nederlands kampioenschap werpnummers voor 60-plussers. In het tweede weekend van juni bij de baankampioenschappen atletiek moet ik alweer deelnemen bij de AOW-ers. Nou ja, met twee gouden en een zilveren plak in je achterzak zou je ‘gepast afscheid nemen’ van de jonkies kunnen noemen. Maar ik moet wel alweer over naar een oudere groep, en die worden ook steeds maar kleiner. Dat moest Jan Smit, de nestor van de werpvijfkamp in Nederland, ervaren. Hij was de enige deelnemer boven de 80 jaar en werd bot en bruut geweigerd! Voor een kampioenschap moet je minimaal met drie man zijn, de Atletiekunie haalt zomaar een pijnlijke streep door de sportieve ambities van een 80-plusser. En niet eens zomaar eentje, Jan Smit liet het eerste set werpgewichten overkomen uit Amerika en introduceerde de werpvijfkamp in Nederland. Dat was in Duitsland zeer zeker niet gebeurd! Op de eerste plaats zijn er veel meer ‘Deutsch-sprechende’, ze gaan ook nog langer mee, geven nooit op en die eerste wordt is altijd ‘Landesmeister’, al ben je de enige. Ze moesten van Nederland maar een nieuwe deelstaat van Duitsland maken.

Hebben jullie de laatste maanden die Haagse kleuterschool ook zo’n beetje gevolgd. Stomme vraag, dat kan natuurlijk niet anders, je schaamt je rot dat je op een van die ego-trippers gestemd hebt. Spelen Marcje-Maxiempje-Geertje zeven weken lang verstoppertje in en om het Catshuis, trekt die Geertje alsnog het stekkertje eruit. Doet ie eindelijk wat Tante-Sapje hem had voorgedaan, laat ie nu ineens 16 miljoen Nederlanders in de steek? Het gedoog-kabinetje is naar zijn mallemoer, wat een stelletje klojo’s denkt ‘bijna’ iedereen. ‘Volkomen onbetrouwbaar’ schraapt Maxiempje uit z’n schorre keel. ‘Ik zal je kapot maken tot de allerlaatste kamerzetel’ kakelt Marcje buiten camera, nu zonder die plastic glimlach. ‘Hèhè’, blèren Lies-Spies en Henk Ponybleeker in koor, ‘nu kunnen we die wetjes waar we toch al niet achterstonden weer terugdraaien’. Hoezo onbetrouwbaar? En alsof het afgesproken werk was, trok ook het CDA in Limburg de stekker uit de provinciale coalitie. Maar dat moet toch echt toeval zijn, afspraken in de politiek is net zoiets als ‘staakt-het-vuren’ in Syrië. En dan lees je ook nog een paar dagen later:

‘Limburgse gemeente- en provinciebestuurders hebben in meerderheid een opgelucht gevoel dat er een einde is gekomen aan de provinciale coalitie van CDA, VVD en PVV. Dat blijkt uit een enquête van het onderzoeksbureau OverheidinNederland.nl onder Limburgse raadsleden, wethouders, Statenleden, gedeputeerden, burgemeesters en waterschapbestuurders. Bijna 70 procent van die bestuurders oordeelt zelfs dat het provinciale CDA Limburg een dienst heeft bewezen door een einde te maken aan de coalitie met de PVV.’

Nou, daar zakt mij zelfs met mijn dikke buik de broek van af. Dat hadden ze mij ook kunnen vragen, ik denk dat die 70% zelfs 90% zou moeten zijn. Hier volgt een korte analyse van een ouder wordende atleet over de politiek in Nederland. Met verkiezingen mogen we ons heel democratisch scharen achter de partij die het dichtst bij ons staat. We stemmen op de vrouw of man die ons wel sympathiek lijkt en die we ‘onze belangen’ wel toevertrouwen. Bij ellenlange coalitievormingen wordt ‘met de ellebogen’ uit partijbelang voor de eigen punten een meerderheid bijeen geachterkamerd. Al die weloverwogen stemmen van de minderheid liggen dan al ‘tot het uiterste getergd’ in de prullebak. De oppositie laadt de jalouzie-batterij voor komende zinloze kamerdebatten. Met veel moeite komt er uiteindelijk een wankel prentenkabinet met grote en kleine ego-tjes. Vervolgens moeten al die trage bestuurders ‘in den lande’ overtuigd worden van een gewijzigd beleid. Uit pure weerstand tegen iedere verandering wordt elk gewijzigd beleid tegengewerkt. Op die manier worden ook de overwinnaars van de democratische verkiezingen bestuurlijk ‘in de zeik’ gezet door lamlendige ambtenaren. Vervolgens laat je een onderzoeksbureau onder diezelfde ambtenaren vaststellen dat die tegenwerkende bestuurders gelijk hebben en die domme kiezers het helemaal verkeerd gezien hebben. Alles wordt ‘politiek’ weer teruggedraaid, ‘bestuurlijk’ leunt weer heel lamlendig achterover en de ‘kiezer is weer aan zet’. Hoezo cynisch, dat komt allemaal omdat ze jou die 800 euro AOW gejat hebben. Oei, dat is nog altijd een open zenuw, maar ik heb wel een oplossing!

Na lang nadenken en met mijn achterban overleggen blijkt de oplossing heel simpel. Ik stel voor dat we Nederland aanbieden aan Duitsland als nieuwe deelstaat. Kunnen we dat hele circus in den Haag opdoeken, besparen minimaal 200 miljard, sturen die politici in plaats van ‘op wachtgeld’ naar het Westland ‘in de kassen’ en we hebben de eerste stap gezet naar één Europa.

En dat is niet het enige, denk er maar eens rustig over na, het kent voordelen te over. In één klap zijn we uit de recessie en hebben we weer veto-recht binnen Europa. De benzine-prijzen dalen met het ‘kwartje-van-Kok’, Bea kan eindelijk met pensioen en Willempie kan alsnog met Maximaatje naar dat bescheiden optrekje in Mozambique. En van dat opgefokte gedoe met die Nederland-Duitsland wedstrijden zijn we ook van af . . . .